Het Kaiserschmarrn-recept: genieten op z’n Oostenrijks!
Als je ooit in Oostenrijk bent geweest, dan is de kans groot dat je al eens hebt genoten van een heerlijke Kaiserschmarrn. Deze lekkernij is een soort van Oostenrijks antwoord op wat wij in Nederland kennen als pannenkoeken of wafels, maar dan net iets anders. In feite is het een lichte, gekaramelliseerde pannenkoek die geserveerd wordt met pruimenjam en poedersuiker – een ware traktatie! Dit gerecht heeft bovendien een rijke geschiedenis, die we graag met je delen.
Het verhaal achter Kaiserschmarrn
De oorsprong van Kaiserschmarrn wordt vaak toegeschreven aan keizer Franz Joseph van Oostenrijk. Volgens de overlevering zou hij tijdens een jachtpartij een maaltijd voorgeschoteld hebben gekregen die door een boerin was bereid. Toen de keizer vroeg wat het precies voor gerecht was, antwoordde de boerin beschaamd: “Gewoon schmarrn” (rommel). Waarop de keizer gevat zei: “Kaisers-schmarrn!” (keizerlijke rommel). Het is natuurlijk niet zeker of dit werkelijk het begin is van dit beroemde gerecht, maar het is een leuk verhaal dat de charme van de Oostenrijkse keuken perfect weergeeft!
Wat heb je nodig voor 4 personen?
- 4 eieren
- 40 gram suiker
- 1 zakje vanillesuiker
- Een snufje zout
- 150 gram tarwebloem
- 300 ml melk
- 3 eetlepels boter
- 50 gram poedersuiker
Bereidingswijze
- De basis maken: Begin met het mengen van de bloem, suiker, vanillesuiker en een snufje zout in een ruime schaal. Splits de eieren in eierdooiers en eiwitten. Voeg de eierdooiers toe aan het bloem-suiker mengsel, en zet het eiwit apart in een andere vetvrije kom.
- Het beslag maken: Giet ongeveer de helft van de melk bij het mengsel van eierdooiers en roer het door tot het beslag glad is. Voeg daarna de rest van de melk toe en meng voorzichtig door. Het is belangrijk om dit rustig te doen om te voorkomen dat het beslag gaat klonteren.
- Eiwitten kloppen: Klop het eiwit stijf totdat het stevig is en het wit van de eiwitten omhoog komt als je de garde eruit trekt. Dit kan even duren, maar als het goed is, krijg je mooie, stijve eiwitten. Meng de stijfgeklopte eiwitten voorzichtig door het beslag. Het is belangrijk dat je dit goed doet, zodat alles goed gemengd is.
- Bakken: Smelt een lepel boter in een pan op matig vuur. Giet de helft van het beslag in de pan en bak de onderkant langzaam goudbruin. Dit duurt ongeveer 4 minuten. Draai de pannenkoek voorzichtig om en bak ook de andere kant goudbruin. Het maakt helemaal niet uit als de pannenkoek een beetje breekt – het hoort er juist bij! Het is typisch voor Kaiserschmarrn om een beetje rommelig te zijn.
- Stukken maken: Zodra beide kanten goudbruin zijn, gebruik je twee vorken om de pannenkoek in onregelmatige stukken te trekken. De grootte van de stukken maakt niet uit, hoe slordiger hoe beter! Voeg een lepel boter toe aan de pan en bak de stukjes nog ongeveer 3 minuten verder totdat ze mooi bruin en knapperig zijn.
- Poedersuiker toevoegen: Strooi vlak voor het serveren royaal poedersuiker over de stukjes Kaiserschmarrn voor die authentieke, zoete smaak.
Genieten maar!
Nu de Kaiserschmarrn klaar is, is het tijd om te genieten van dit heerlijke Oostenrijkse gerecht. De combinatie van de licht gekaramelliseerde pannenkoek, de poedersuiker en de pruimenjam maakt het helemaal af. De smaak zal je zeker doen verlangen naar meer!
En als je eenmaal gek bent op deze lekkernij, waarom zou je niet overwegen om een vakantie naar Oostenrijk te plannen? Daar kun je de Kaiserschmarrn proeven op de plek waar het zijn oorsprong vond, en je zult merken dat je maag je er dankbaar voor zal zijn!